In mijn blog over de vakantie in Noorwegen heb ik één kleinigheidje achterwege gelaten. Op de terugweg zijn we namelijk ergens in aanraking gekomen met corona. Twee dagen na thuiskomst werden we beide ziek.
Mijn eerste test was negatief, dus eerst dacht ik dat het geen corona was. Achteraf was dat wel fijn, want toen ik op de derde dag wel een positieve test had, was ik alweer aan de beterende hand en wist ik dus dat ik niet zo ziek zou worden als de eerste keer. Ik heb zelfs geen koorts gehad en na vier dagen was ik er weer volledig bovenop. Het was eigenlijk best een geruststelling te weten dat een nieuwe coronabesmetting mij niet per se zo ziek zou maken als de eerste keer.
Tegelijk was het natuurlijk spannend. Een nieuwe coronabesmetting kan verschillende dingen doen met de langdurige klachten. Er zijn voorbeelden van mensen die na een tweede besmetting ineens klachtenvrij zijn, alsof het lichaam daardoor definitief afrekent met het virus. Dat was natuurlijk fantastisch geweest. Meestal levert het tijdelijk een terugval op, soms komen er nieuwe klachten bij.
Fysiek ging het met mij goed. Ik was snel weer op mijn oude niveau. Maar in mijn hoofd gebeurde er van alles. De eerste één à twee weken was het daar flink onrustig. Mijn gedachten sprongen van hot naar her en ik kon weinig vasthouden. Dan had ik voor de zoveelste keer mijn tablet ontgrendeld en wist ik niet meer wat ik ook alweer zou doen. Heel normaal natuurlijk om dat zo nu en dan te hebben, maar als dat de hele dag zo doorgaat is dat behoorlijk vervelend. Ik kon ook niet goed vooruit denken. In plaats van de gebruikelijke weekboodschappen, kocht ik alles ad hoc, tot alle kliekjes uit de diepvries op waren. Ik kon even niet zo goed zelf een weekplanning maken. Ik vond het moeilijk om beslissingen te nemen, ook al was het – om nog maar even in de boodschappensfeer te blijven – de keuze tussen broccoli en rode bieten als groente. Het denken wilde gewoon niet zo goed.
Toch blijf ik best goed functioneren (denk ik). Soms is het voor mezelf een raadsel hoe ik dat doe. Het is moeilijk om hier goed grip op te krijgen. Voor zover ik er nu antwoord op kan geven, zou ik denken dat ik te complexe dingen uit de weg ga, en dat ik na mentale inspanning zorg voor mentale rust. Misschien compenseer ik het ook nog wel door, zonder het zelf heel erg door te hebben, strategieën toe te passen. Zo hielp het bij de broccoli en rode bieten kwestie om te weten dat ik het moeilijk vind om te kiezen, en dat beide opties goed zijn. Inmiddels is het wel weer wat rustiger in mijn hoofd. Sinds afgelopen week doe ik bij de fysio weer cognitieve oefeningen, waardoor ik hopelijk wat meer grip krijg op dit stukje.
Al met al merk ik dat ik toch wel een beetje vooruit ga. De 2 tot 3 uur per dag die ik werk, is langzaam opgeschoven richting de 3 uur. Ondanks de schommelingen weet ik redelijk goed wat ik kan doen op een dag en anders kan ik de signalen herkennen. De fysieke oefeningen bij de fysio kan ik langzaam uitbreiden en hopelijk vertaalt zich dat binnenkort ook naar het wandelen en fietsen, dat ik daarin ook wat opbouw ga merken. Het blijft schommelen, de ene week gaat beter dan de andere, en de ene dag beter dan de andere. Maar het komt uiteindelijk goed.